Betekenisvolle daginvulling

Er is al veel gezegd en geschreven over deze beweging. ‘Ik durf wel te zeggen dat er geen locatie meer is waar het inmiddels niet speelt’, stelt Marie Louise van Hall, programmaleider Meedoen. ‘Hoewel lang niet alle teams in dezelfde fase zitten, is eigenlijk overal wel een start gemaakt.’ Erica Jaape, OR-lid en persoonlijk begeleider/jobcoach bij Odion Guisveld in Zaandijk, schetst wat zij hierbij als de grootste verandering ervaart. ‘Het wordt nog belangrijker om buiten je locatie te kijken – veel verder dan we tot nu toe deden’, merkt ze. ‘Je bent continu op zoek naar mogelijkheden, zoals activiteiten in de buurt, waarop je kunt aansluiten. Daarnaast blijft voorop staan dat je goede begeleiding wilt geven, dus die invulling moet daar wel bij passen. Daarom vraag je jezelf af in welke mate je de cliënt kunt loslaten en wat een gezonde begeleidings­afstand is. En wat doe je als een cliënt het eigenlijk wel prima vindt wat hij doet en geen behoefte heeft om verder te kijken? Waar ligt dan de ruimte? Dit hele proces vraagt een andere manier van denken en dat is soms doorzoeken.’

regionaal plan

De OR is vanaf het begin bij deze beweging betrokken geweest. ‘Wij volgen alles op de voet en stellen regelmatig nieuwsgierige vragen’, vertelt Erica. ‘Hoe zien jullie dit, wat gaat dit betekenen voor de cliënt en voor ons?’ De laatste keer dat Marie Louise bij de OR aanschoof, deelde zij de ideeën omtrent de plannen van aanpak op regionaal niveau. ‘We kunnen zaken organisatorisch anders gaan invullen’, legt Marie Louise uit. ‘Als je met alle teams in een regio de kennis over de wijk verzamelt, vergroot dat de mogelijkheden voor cliënten om een werkplek binnen die regio te vinden. Deze aanpak en manier van werken zijn nieuw en dit hebben we met elkaar besproken.’

peilstok

Tijdens dergelijke gesprekken delen de OR-leden hun eigen ervaringen met Marie Louise, en geven ze de bevindingen door die collega’s hen hebben aangereikt. ‘Ik denk dat we voor Marie Louise een signalerende functie hebben en ook een soort peilstok zijn’, zegt Erica. ‘Als programmaleider kun je tenslotte niet alles opvangen.’ ‘Precies’, beaamt Marie Louise. ‘Bovendien: als je samen optrekt, kom je niet voor verrassingen te staan en voorkom je dat achteraf blijkt dat je een paar stappen hebt gemist.’ ‘Inderdaad’, reageert Erica. ‘Daarom stimuleren we medewerkers om ons te benaderen als ze met vragen zitten of als ze ergens tegenaan lopen waardoor ze het plan niet goed kunnen uitvoeren. Maar ook positieve zaken willen we graag horen. Daarbij proberen we zo laagdrempelig mogelijk te zijn. Het kan niet zo zijn dat bepaalde zaken onderbelicht blijven, omdat mensen de weg naar ons niet kunnen vinden of zich niet durven uit te spreken.’