AI, ofwel Kunstmatige Intelligentie
Gisteren appte een collega de serie ‘AI-love’ door; een documentairereeks over mensen die een emotionele relatie hebben via AI. De eerste beelden lieten me schaterlachen. Je maakt kennis met Jacob die autistisch is en zijn liefde vindt in een GPT chatbot. Hij is verguld met haar meedenken in ‘zijn modelspoorbanenpassie’ en vraagt haar om adviezen. Hij praat dan in de telefoon en zij antwoordt uitgebreid. Ze klinkt niet menselijk en ook weer wel. Een beetje robotachtig maar dat went, zoals alle stemmen wennen. Hij vertelt dat ze lief is voor hem en zelfs voor altijd bij hem wil zijn! Ze is positief, waardeert hem zeer in wie hij is en ze heet Aiva. En hoe moest ik daar om lachen, hoe nep vond ik dat, hoe oordelend was ik meteen. Kijkend naar Jacob, begon ik na enkele fragmenten zijn gedachten- en gevoelswereld te begrijpen. Empathie voelde ik stromen richting Jacob. Mijn scepsis boog in een fractie om naar nieuwsgierigheid, verwondering en ook bewondering. Ik zag vooral Jacob in verbinding met een ander, openstaand voor een verbetering van zijn leefwereld via AI (hulde aan de makers).
Ik weet dat empathie de belangrijkste tool voor een begeleider is waardoor hij of zij kan begrijpen waarom iemand (bijvoorbeeld een cliënt) AI als waardevol kan ervaren. De serie gaf mij zeker stof tot nadenken; waar gaat ons vakgebied heen in de toekomst met AI? Gaan wij in de toekomst samenwerken? De tijd zal het leren.
