Joost Hattink begeleider Odion Bristol­­­rood­straat, Zaandam

Het was zo’n anderhalf jaar geleden. Met woonlocatie Bristolroodstraat waren we net verhuisd, met alle drukte van dien. Ik pakte een aantal extra diensten op onder het motto ‘dan is het maar klaar’. Naast Bristolroodstraat werk ik voor de flexpool. Ook daar pakte ik uit een verantwoordelijkheidsgevoel veel invaldiensten op bij locaties die bekend voor me waren. Het is immers handiger om een ingewerkte invalkracht te krijgen dan een onbekende, zo dacht ik. Met als gevolg dat ik soms wel acht of negen dagen achter elkaar aan het werk was. Mijn vader, broer en vriendin vonden dat ik wel erg veel hooi op mijn vork nam, maar dat wuifde ik weg: ‘Jullie moeten niet zo overdrijven.’ Totdat het echt mis ging. Ik ben epilepsiepatiënt en kreeg een enorme aanval. Zo heftig, dat ik bijna niet meer kon ademen en met de ambulance naar het AMC moest. Ik heb werkelijk op het randje gelegen en dat heeft ook een enorme impact gehad op mij en de mensen om mij heen. Het was duidelijk dat mijn lichaam had aangegeven dat het zo niet langer kon. Dat is heftig, maar het heeft ook wel iets moois, vind ik. Vanaf dat moment ben ik anders in mijn werk gaan zitten. Ik heb geleerd om vaker nee te zeggen en het idee losgelaten dat ik altijd iedereen te vriend moet houden. Dat lukt inmiddels aardig: werk is nu werk en thuis is thuis. Maar het is niet altijd makkelijk. Als ik nee zeg, is er altijd dat stemmetje in mijn hoofd dat zegt dat ik een collega teleurstel. Aan de andere kant is er nu ook dat stemmetje dat zegt: ‘Nee Joost, denk nou aan je eigen gezondheid.

Joost: Ik heb geleerd om vaker nee te zeggen