Cliënt vond maatje
Jan Zwaagstra moest na zeven jaar afscheid nemen van zijn persoonlijk begeleider Pauola de Jong Boers, die elders ging werken. Het afscheid bleek van korte duur: in haar vond hij het maatje waar hij al zo lang naar uitkeek.
JAN ZWAAGSTRA (links) bewoner Odion Karveelstraat in Zaandam
Waarom wilde jij graag een maatje?
‘Ik houd ervan om leuke dingen te doen. Zoals een uitstapje naar het strand of samen een museum bezoeken – ik ben gek op mooie beelden. Mijn huis staat er vol mee.’ Waarom was het lastig om voor jou een maatje te vinden? ‘Nou, het moet wel iemand zijn die ik ken. Ik wil geen vreemden in mijn huis.’
Pauola was jouw persoonlijk begeleider. Hoe vond je het dat zij ging stoppen?
‘Ik kon het goed met Pauola vinden. Ik ben een tijdje erg ziek geweest en toen moest ik vaak naar het ziekenhuis. Terwijl ik tandartsen en dokters echt heel vervelend vind. Pauola ging bijna altijd met me mee. In die periode zijn we erg naar elkaar toegegroeid. Dus ja, ik vond het jammer dat ze wegging.’
Maar toen vertelde ze dat ze jouw maatje wilde worden! Hoe vond je dat?
‘Leuk! Nu kunnen we veel leuke dingen doen. Laatst zijn we naar het strand geweest, bij Wijk aan Zee. Daar kun je ook een vulkaan zien met lava en wolken (‘Tata Steel’, vult Pauola aan). Ik vind vulkanen interessant, ik volg op tv de Etna die laatst weer is uitgebarsten.’
Jullie gaan na dit interview ook weer samen op pad. Wat gaan jullie doen?
‘Onderbroeken en sokken kopen. Daar maken we dan een uitje van. Nee, we doen geen terrasje, want ik vertrouw het eten bij dat soort tentjes niet. Ik wil niet ziek worden, dus Pauola maakt broodjes en die nemen we mee.’
PAUOLA DE JONG BOERS (rechts) zzp’er in de zorg en vrijwilliger en maatje van Jan
Waarom besloot je weg te gaan bij de Karveelstraat?
‘In ieder geval niet omdat ik het er niet leuk meer vond, ik had het er ook na zeven jaar nog erg naar mijn zin. Maar ik ben iemand die niet lang op één plek blijft – na een tijdje wil ik weer wat anders. Ik ben nu zzp’er geworden en werk op het moment in het onderwijs en bij een kindertehuis.’
Wat deed je besluiten om maatje van Jan te worden?
‘Hoe goed mijn vertrek ook voelde, ik vond het verschrikkelijk om afscheid te nemen – vooral van Jan. Ik dacht wel: ‘Is het niet vervelend voor de andere cliënten die ik begeleidde dat ik straks dan wel bij Jan kom en niet bij hen?’ Want ik had met alle vijf een goede band. Maar niemand heeft er een probleem van gemaakt.’
Hoe vind je het om je oud-collega’s op deze manier nog af en toe te zien?
‘Erg leuk! Ik heb sowieso regelmatig contact met Jans huidige persoonlijk begeleider en loop straks nog even langs kantoor om te vragen of Jan uit de stad nog iets anders nodig heeft. Nemen we dat meteen mee, dat scheelt hen weer.’
Hoe bevalt het maatje zijn?
‘Prima! Ik vind het vooral fijn dat Jan en ik geen vaste afspraak hebben, want dat zou voor mij niet werken. Als Jan zin heeft om iets te gaan doen, dan belt hij me. We doen dit nu twee jaar zo en ik denk dat wij dit op deze manier nog jaren gaan volhouden!’