Ook de OR werkt vanuit de bedoeling

Na suggestie van bestuurder Annemarie van Dalen is ook de OR – na serieus beraad – gaan werken vanuit de bedoeling in plaats van letterlijk vanuit de wet. Wat houdt dat in en wat heb jij daaraan als collega? Voorzitter Machteld Tiessens en kersvers OR-lid Martin Wijker praten daarover.

Martin: ‘Ik weet hier eerlijk gezegd nog niet zoveel over, want ik ben nét twee maanden bij de OR. Jij kan daar veel meer over zeggen, Machteld.’ Machteld: ‘Nou, eigenlijk is de manier waarop jij bij de OR bent gekomen juist een mooi voorbeeld. Na de verkiezingen waren niet alle plekken gevuld. Toen jij interesse toonde, hadden we strikt volgens de regels tot de tussentijdse OR-verkiezingen moeten wachten, wat een lang formeel traject is. Nu hebben we besloten dat collega’s zich gewoon kunnen aanmelden voor de OR. Is er voldoende plek, dan kan iemand beginnen. Zijn er meer aanmeldingen dan plekken, dan houden we OR-verkiezingen. Eén keer per drie jaar is er wel een formeel traject. Het gaat niet om die verkiezingen op zich, maar dat we als OR meer leden hebben voor een betere vertegenwoordiging: dat is de bedoeling. En het werkt, want we hebben er inmiddels drie nieuwe leden bij!’

meer betrokken

Martin: ‘Waarom is de OR eigenlijk op deze manier gaan werken? Want dat is besloten voor mijn tijd.’ Machteld: ‘Als er voorheen een verandering kwam – zoals de aanstelling van een nieuw MT-lid of een verhuizing – werden wij gevraagd om advies of instemming. Dat hoort zo volgens de wet, maar dat was een vrij statisch proces. Toen Annemarie het werken vanuit de bedoeling introduceerde, merkten we dat onze manier van werken niet meer aansloot bij de richting die Odion opging. Toen was dus de vraag: ‘Blijven we zo doorwerken waardoor we afdrijven van de organisatie, of kunnen we misschien nog wel meer vooraf betrokken zijn bij belangrijke veranderingen – dat is tenslotte de bedoeling van medezeggenschap - zonder dat we constant de wet erbij halen?’ We kozen dat laatste en dat maakt het OR-werk een stuk leuker en eenvoudiger. Met de bestuurder en het management kijken we nu steeds hoe we betrokken kunnen raken bij elkaars vraagstukken.’

breder perspectief

Martin: ‘Ik vind dit een mooie manier van werken, omdat je toewerkt naar wat je wilt, zonder dat je je laat beperken door regeltjes of ‘we deden het altijd zo’. Dat leidt uiteindelijk tot meer betrokkenheid bij de organisatie en dat je doet wat nodig is.’ Machteld: ‘Het betekent bovendien dat je nieuwsgierig blijft. Neem een onderwerp als ‘breed roosteren’. Voorheen hadden we als OR de stukken doorgenomen en geprobeerd om daar zo objectief mogelijk iets van te vinden. Maar nu hebben we in een brainstorm onszelf de vraag gesteld: ‘Stel dat wij een team zouden zijn, wat zou dat breed roosteren dan voor een ieder van ons betekenen?’ Je ziet dan dat je op verschillende manieren op zo’n verandering kunt aanhaken.’ Martin: ‘Ja, en dat geeft een breder perspectief, hoewel het nóg breder kan, denk ik. Daarvoor zou de OR een meer diverse samenstelling moeten hebben. Dan snap je beter wat er leeft in de organisatie en wat er nodig is om het verschil te kunnen maken voor iedereen.’

MACHTELD TIESSENS EN MARTIN WIJKER

Beiden van de Ondernemingsraad.