Spin in het OR-web zwaait af

In meer dan twintig jaar onder­steun­de ambtelijk secretaris Sabina Breure ver­schillende ondernemingsraden van Odion. Op 1 april a.s. gaat ze met vervroegd pensioen. ‘Het was altijd mooi om te zien hoe OR-leden zich in die paar jaar enorm ontwikkelen.’

Leg eens uit: wat doet een ambtelijk secretaris eigenlijk?

‘Mijn belangrijkste taak is het coachen en begeleiden van de OR. Ik houd bijvoorbeeld het overzicht op de onderwerpen die ze willen of moeten bespreken en zorg ervoor dat die op de agenda komen en blijven. Daarnaast houd ik in de gaten waaraan de OR vanuit de wet hoort te voldoen – hoewel we bij Odion niet graag alleen met de wet zwaaien, maar vooral vanuit de inhoud met elkaar in gesprek willen.’

Heb jij ook een stem in de OR?

‘Nee, ik ben geen lid van de OR en heb dus geen stemrecht. Ik ben ook niet gekozen, maar gewoon aangesteld via een vacature. Vanuit mijn kennis en ervaring fungeer ik meer als een adviseur. Ik zeg bijvoorbeeld: ‘Als ik jullie was, zou ik het zo aanpakken.’ Of ik zet in een situatie alle voor- en nadelen op een rijtje, zodat de leden goede keuzes kunnen maken.’

Dat vraagt flink wat kennis van zaken…

‘Ja, maar ik doe dit vak ook al bijna veertig jaar. Ik heb er bovendien een opleiding voor gevolgd en ben ook lid van beroepsvereniging VASMO, waardoor ik goed op de hoogte blijf. Ik weet natuurlijk niet alles, maar ik weet wel waar ik alles kan vinden als het nodig is.’

Je werkt ruim 20 jaar bij Odion. Wat is de belangrijkste verandering die je hebt meegemaakt?

Op een bepaald moment was er een OR met redelijk weinig verloop. Met deze groep bouwden we aan een nieuwe vorm van zeggenschap: op ieder project werden twee OR-leden gezet die een groep medewerkers in het gesprek betrok op wie het onderwerp van toepassing was. Dat kwam aardig van de grond. Maar toen kwam er een redelijk nieuwe groep die zich helemaal moest inwerken, plus de verhuizing van het Service Bureau én een nieuwe bestuurder. Toen waren we weer min of meer terug bij af. Dat vond ik wel jammer.’

Wat heb je het leukste gevonden in je werk?

‘Dat ik in feite altijd mijn eigen toko had. Ik heb zeker in het begin veel ruimte en verantwoordelijkheid gehad.’

Je vertrekt per 1 april a.s. Wat ga je het meeste missen?

‘Ik denk de groepsdynamiek. Met die steeds wisselende OR’s had je van die golfbewegingen: soms gingen zaken een tijdje heel goed, dan weer even wat minder. Ik vond dat altijd heel fascinerend.’

Wat ga je straks doen met je vrije tijd?

‘Vooral fietsen en lekker veel naar buiten. De OR-leden vroegen me laatst nog: ‘We kunnen je toch wel bereiken hè, als er wat is?’ Tuurlijk, dat kan altijd. Maar alleen in overleg met mijn opvolger. Ik ga niet over mijn graf regeren.’